Bart Tommelein zou elke week zijn weekplanning doorsturen met de dagen waarop een chauffeur hem in Oostende mag komen ophalen. Dat zou zo vaak gebeuren dat de chauffeurs gevraagd hebben om de regels te verstrengen. In het huidige systeem hebben ondervoorzitters, secretarissen en fractieleiders voorrang bij het gebruik van de dienstwagens.

Volgens Reekmans passeert Tommelein driemaal langs de kassa: als parlementslid krijgt hij een treinabonnement in eerste klasse en een verplaatsingsvergoeding van 500 euro voor zijn wagen. ‘En dan mobiliseert hij ook nog permanent een BMW5 met chauffeur van het parlement. De kostprijs daarvan komt neer op 90.000 euro per jaar’, aldus de LDD’er, die vindt dat Tommelein zijn belastingvrije sommen moet terugstorten.

Caron laakt het oneigenlijk gebruik van de dienstwagens. ‘Sommigen gebruiken die wagen voortdurend voor hun woon-werkverkeer. Maar daarvoor dient dat systeem niet. Het is bedoeld voor dringende dienstverplaatsingen.’

Tommelein zelf ontkent het systeem te misbruiken: ‘Ik gebruik die wagens alleen voor dienstverplichtingen van het parlement. Ik hou me aan de regels. Als ik op woensdag een zitting voorbereid, moet ik veel vertrouwelijke telefoons doen. Dat gaat niet op de trein.’ Hij geeft toe dat hij zijn weekschema doorstuurt. ‘Maar als er geen wagen beschikbaar is, mag men mij dat zeggen en zoek ik een andere oplossing.’