1. Let er eerst en vooral op dat de oven kraaknet is voor je gaat bakken. Etensresten kunnen je gebak ongewenste geurtjes meegeven.

2. Doe de deur van de oven nooit open tijdens het bakken. Hierdoor verandert de temperatuur en de luchtstroom en zal je eindigen met een misbaksel…

3. Mijd het gebruik van aluminiumfolie. De folie heeft een impact op de temperatuur, wat negatief uitpakt voor het beoogde resultaat.

4. Haal de na het bakken taart niet meteen uit de oven. Door het plotse temperatuurverschil kan het gebak ‘schrikken’ en in elkaar zakken. Baktijd verstreken? Laat je creatie dan nog even rusten in de oven zodat de temperatuur geleidelijk kan afnemen en de vorm blijft.

5. Kies steeds voor een donkere bakvorm. Deze zal de warmte beter geleiden dan een lichtkleurige variant, met een uniformer eindresultaat.

6. Hoe hoger de vochtigheid in de oven, hoe beter de bakresultaten. Denk aan een toetje dat knapperig is vanbuiten, en zacht vanbinnen. Extra tip: een stoomoven is een goede keuze om luchtig brood of bladerdeeggebak te maken.

7. Leg gebak in de vorm van een rechthoek (brood, cake,...) altijd dwars in de oven, dan wordt het egaler bruin.

En wat als het niet lukt? “Gewoon kalm blijven en je niet laten afschrikken om het nog eens te proberen”, volgens Julie.