Shutterstock
De bedenker van het legomannetje is overleden
De man die 8 miljard kinderen nalaat
Een mannetje van slechts vier centimeter groot, een gele kleur en een lachend gezicht. Piepklein en toch wereldbekend. De legomannetjes zijn ondertussen met zo’n acht miljard, maar afgelopen week verloren ze (letterlijk) hun ‘figuurlijke vader’. Bedenker Jens Nygaard Knudsen overleed aan de gevolgen van ALS.
“Hij laat een vrouw, drie kinderen, twee kleinkinderen en acht miljard kleine plastic mannetjes achter”, tweette een ex-collega over de Deen Jens Nygaard Knudsen. Knudsen overleed afgelopen week op 78-jarige leeftijd. De naam zegt je misschien niets, maar hij had misschien wel een enorme invloed op je kindertijd. Knudsen is namelijk de bedenker van het wereldberoemde gele legomannetje. In 1978 kwam hij met het vier centimeter grote poppetje aanzetten en ondertussen bestaan er al enkele duizenden varianten van.
Knudsen kwam in 1968 bij LEGO terecht door een advertentie in een lokale krant. Zij zochten een legobouwer en hij kreeg de opdracht honderden kleine lego-autootjes en elektrische treinen te bouwen. Hij leverde goed werk en bedacht later ook de brandweerpost, het politiekantoor en het ziekenhuis. Alle drie gekenmerkt door een helikopter op het dak. Een idee van Knudsen dat vandaag nog steeds gebruikt wordt.
Hij had dus auto’s, huizen en een heleboel andere gebouwen. Maar er was niemand om daarin te rijden of te wonen. LEGO bedacht daarom een eerste ‘gezin’, maar die waren geen groot succes. De figuurtjes waren te groot en pasten niet in de bestaande gebouwen. Knudsen ging aan de tekentafel zitten en ontwierp ‘The Extra’. Een poppetje dat niet veel verschilt van de huidige mannetjes. Maar het probleem: geen armen, geen gezicht en geen beweegbare benen. Het waren veeleer standbeelden dan mannetjes.
Eén kleur
Knudsen ging opnieuw aan het tekenen en in 1978 introduceerde LEGO ‘The minifigures’. Mannetjes zo hoog als vier opeengestapelde legoblokjes met beweegbare armen en benen. Zijn eerste ontwerp was een politieagent en niet veel later volgde ook een astronaut. Een lachend gezicht, gele huidskleur en een uniform in slechts één kleur. De poppetjes moesten zo neutraal mogelijk zijn volgens Knudsen. Gender of etniciteit kon enkel duidelijk gemaakt worden door accessoires.
De poppetjes waren een razend succes en vooral de nieuwe set rond het thema ruimte, inclusief astronaut, deed het erg goed. Het bouwpakket werd verkozen tot “Europees speelgoed van het jaar” en LEGO kon dat jaar 500 extra werknemers aannemen. Knudsen kreeg ook een promotie en werd hoofdontwerper.
Ooglapjes en baarden
Maar elf jaar later hadden de minifigures hun limiet bereikt. De Deense ontwerper had een volledige piratenset ontwikkeld, maar was toch niet tevreden. De strijd tussen goed en kwaad kwam niet duidelijk genoeg over. De reden: alle poppetjes hadden een lach op hun gezicht. “Het was nodig om de gezichtsuitdrukkingen van de minifigures te veranderen om geloofwaardige piraten te creëren. Een echte piratenkapitein heeft een ooglapje, een houten been en een haak als hand”, zei Knudsen destijds. Voor het eerst kregen de legomannetjes dus ooglapjes, baarden, kapsels, make-up en afwijkende armen en benen.
Daarna duurde het niet lang voor de lego-ontwerpers met alle mogelijke vormen en kleuren aan de slag gingen. Elk jaar kwamen er nieuwe variaties bij. Van basketbalspelers tot superhelden, buitenaardse wezens en zelfs Harry Potter. Knudsen laat uiteindelijk op zijn 78ste een wereld achter met zowat evenveel legomannetjes als mensen.
Veertig jaar spelen
1974: De eerste legomannetjes worden geïntroduceerd, maar zijn te groot voor alle bestaande gebouwen en voertuigen
1975: Knudsen ontwerpt ‘The Extra’, zonder gezicht of beweegbare armen en benen
1978: Knudsen ontwerpt de ‘minifigures’ zoals we ze vandaag ook kennen, inclusief ‘Lego space’
1979: De mannelijke minifigures krijgen voor het eerst haar. Daarvoor droegen ze allemaal een pet of hoed
1989: Knudsen ontwerpt het piratenthema en heeft daarvoor meer gezichtsuitdrukkingen en accessoires nodig
1990: Eerste ‘afwijkende’ minifigure: de geest
1990: De eerste minifigure met een rok
1993: De legopoppetjes krijgen vanaf nu ook aparte baarden
1997: De minifigures komen voor het eerst in een videospel voor
1999: De eerste gelicentieerde minifigure komt op de markt (thema: ‘Star Wars’)
2001: Hoofden krijgen meerdere gezichtsuitdrukkingen
2002: Yoda is het eerste legopoppetje met korte benen
2004: Gelicentieerde poppetjes hebben niet per se meer de gele huidskleur
2009: ‘Minifigures’ van slechts twee legoblokjes hoog worden voor het eerst geïntroduceerd als deel van Lego Games
2010: Lego komt met een verzamelaarseditie van de Legopoppetjes
2010: De Legopoppetjes krijgen hun eigen gepersonaliseerde prijs
2014: De mannetjes naar het ontwerp van Knudsen krijgen hun eigen film
2016: De eerste baby
2016: Voor het eerst een minifigure met rolstoel
2018: De Lego minifigures bestaan 40 jaar en er zijn meer dan 650 verschillende hoofden beschikbaar (sgg)