Vakbonden absoluut niet tevreden over loonakkoord: “Werknemers overgeleverd aan de goodwill van de werkgever? Niet meer van deze tijd”

Unizo-topman Danny Van Assche (rechts) is “opgelucht” dat er een akkoord is, maar vakbondsvrouw Miranda Ulens (links) is helemaal niet tevreden met de gesloten deal. ©  Belga

De kogel is door de kerk, er is een loonakkoord. Hoewel de werkgeversorganisaties “opgelucht” reageren op de deal, zijn de vakbonden absoluut niet opgezet met het gesloten compromis. “Werknemers in bedrijven zonder sociaal overleg zijn overgeleverd aan de goodwill van de werkgever, en dat is niet meer van deze tijd”, klink het scherp.

jvhBron: Eigen berichtgeving, Belga, Radio 1

De topministers van het kernkabinet beslisten woensdagnacht dat werknemers in bedrijven die tijdens het coronajaar goed presteerden, een uitzonderlijke premie van maximaal 500 euro netto kunnen krijgen. Maar opvallend genoeg werd beslist dat de vakbonden de onderhandelingen over die premie moeten voeren op het niveau van de afzonderlijke bedrijven, niet op sectorniveau.

En dat laatste aspect valt bijzonder slecht bij diezelfde vakbonden. Zo wijst Pia Stalpaert, voorzitter van ACV Voeding en Diensten, erop dat dit slecht nieuws is voor werknemers in kleine bedrijven waar er geen sociaal overleg plaatsvindt. “Deze werknemers zijn overgeleverd aan de goodwill van de werkgever en dat is niet meer van deze tijd.”

LEES OOK. Dit betekent het loonakkoord voor jouw portefeuille (+)

Stalpaert schat dat 50 procent van de bedrijven in ons land geen vakbondsvertegenwoordiging kent. “Voor de Colruyts en Delhaizes is er geen probleem, maar er zijn ook heel wat winkels met slechts een tiental werknemers, waar geen vakbondsvertegenwoordiging is. Die personeelsleden hebben ook doorgewerkt tijdens de pandemie, met angst voor hun gezondheid.”

Het sectoraal overleg is volgens Stalpaert altijd de sterkte geweest van de Belgische economie. Het heeft er volgens haar voor gezorgd dat ook in kleine kmo’s werknemers erop vooruit gingen en belette oneerlijke concurrentie. Ze betreurt dan ook dat de regering het overleg nu op bedrijfsniveau legt. Dit kan ook leiden tot meer sociale conflicten. De voorzitter van ACV Voeding geeft toe dat 500 euro voor veel werknemers een verleidelijk bedrag is. “Maar als vakbond hebben we het ook moeilijk met het feit dat het om een netto cheque gaat, zonder versterking van de sociale zekerheid.”

Miranda Ulens ©  BELGA

Ook ABVV teleurgesteld: “Gemiste kans”

Ook Miranda Ulens, algemeen secretaris van het ABVV, reageert teleurgesteld. Ook zij vindt dat het overleg over de premie op sectoraal niveau moet kunnen, om op die manier “diegenen die hun stem niet kunnen laten horen of niet over de nodige krachtsverhoudingen beschikken” mee te laten genieten van die premie. Ulens blijft zich ook verzetten tegen de loonnormwet, op basis waarvan de maximale stijging van 0,4 procent is vastgelegd. “Die blijft ervoor zorgen dat de welvaart die gecreëerd is, niet op dezelfde manier kan worden verdeeld.”

“Het feit dat de regering de loononderhandelingen naar zich toetrok, gaf de kans het verschil te maken. Uit de eerste informatie waarover ik beschik, blijkt eigenlijk dat die kans is gemist”, verklaarde ze. “De opgeluchte en hoera-reacties vanuit rechtse hoek” zijn voor de topvrouw van de socialistische vakbond dan ook al een teken aan de wand.

“Oorlogsverklaring”

ABVV-voorzitter Thierry Bodson nam donderdagmiddag na een federaal bureau zelfs nog sterkere woorden in de mond. Hij noemde het voorstel “bijzonder negatief” en “een reactie onvermijdelijk”. “Zonder een sectoraanpak zullen bijvoorbeeld het bewakingspersoneel of het schoonmaakpersoneel niets krijgen”, aldus Bodson.

Hij had ook kritiek op de voorstellen rond het minimumloon. Voor wat de landingsbanen betreft “staan we zelfs niet ver van een oorlogsverklaring”, klinkt het fors. Zo is de term SWT (het vroegere brugpensioen) niet opgenomen. “We vrezen dat er de volgende maanden verschillende herstructureringen zitten aan te komen, en dus is dat onaanvaardbaar”. De socialistische vakbond wacht nu het standpunt van het ACV af alvorens eventuele acties aan te kondigen. “Maar er zal een reactie volgen”, meent Bodson.

Danny Van Assche ©  BELGA

Unizo “opgelucht”

Want dat de teneur aan de andere kant van het debat een stuk opgetogener is, is een feit. “Opgelucht dat het er is”, reageerde bijvoorbeeld Unizo-topman Danny Van Assche. De zelfstandigenorganisatie is in de eerste plaats tevreden dat de loonnorm van 0,4 procent behouden blijft. Als de norm daar niet boven stijgt, gaat de concurrentiekracht niet achteruit ten opzichte van de buurlanden, aldus Van Assche.

De coronapremie van maximaal 500 euro “is op zich een fors bedrag”, maar de Unizo-topman vindt het belangrijk dat het niet de volle 500 euro hoeft te zijn, en dat die op bedrijfsniveau wordt onderhandeld. “Negentig procent van de bedrijven heeft het slecht gedaan, het is belangrijk dat zij niet worden gedwongen iets te doen wat niet kan”, aldus Van Assche, die het woord “billijk” in de mond neemt.

Voka: “Met akkoord moet ook sereniteit terugkeren”

De Vlaamse werkgeversorganisatie Voka hoopt dat met het akkoord de sereniteit en sociale rust terugkeren. “Wat werkgevers en werknemers verbindt, is de relance na de crisis. In de verhitte discussies van de voorbije weken ging te veel energie nodeloos verloren. Laat ons nu samen de mouwen opstropen en keihard aan de slag gaan om onze economie weer te doen opveren, te investeren en jobs te creëren”, zegt gedelegeerd bestuurder Hans Maertens.

Volgens Voka is het logisch dat de onderhandelingen over de premie op bedrijfsniveau, en niet op sectorniveau plaatsvinden. “Geen enkele sector heeft het immers globaal gesproken goed gedaan in 2020”, klinkt het. Daarnaast merkt de ondernemersorganisatie op dat een aantal bedrijven die goed boerden al een extra vergoeding of extra vakantiedagen toekenden aan hun personeel.

VBO-topman Pieter Timmermans ©  Fred Debrock

VBO: “Waakzaam blijven over competitiviteit”

Ook het VBO is opgelucht. Al blijft ook die werkgeversorganisatie hameren op de moeilijke omstandigheden waarin de Belgische economie zich bevindt als gevolg van de coronapandemie. “Geen enkele sector doet het vandaag beter dan in 2019, maar liefst 94 procent van de bedrijven staat er slechter voor dan vóór de crisis en bijna 1 op 3 staat op het punt failliet te gaan”, klinkt het. “In die bijzonder moeilijke omstandigheden is het VBO tevreden dat er duidelijkheid is.”

Het VBO betreurt ook dat de regering niet heeft afgebakend wat “goed presterende bedrijven” betekent. Ze vreest dat veel ondernemingen onder stakingsdruk toch de premie zullen moeten toekennen, “met alle gevolgen van dien voor hun overlevingskansen en hun investeringsplannen op korte termijn, wat dus zal leiden tot jobverlies”.

Het VBO roept dan ook op om de loononderhandelingen in de sectoren en bedrijven “sereen” te laten verlopen. “Wetende dat de crisis nog volop woedt, blijft voorzichtigheid noodzakelijk en bovendien zullen stakingen en acties alleen maar meer herstructureringen en werkloosheid in de hand werken”, klinkt het.

Hoe het nu verder moet, is nog niet duidelijk. De vakbonden gaan zich beraden, klinkt het.

Ook oppositie schiet akkoord af

Ook op politiek niveau is de kloof trouwens groot. Oppositiepartijen N-VA en PVDA schieten het akkoord alvast af. Voor Bjorn Anseeuw (N-VA) legt het voorstel de verdeeldheid binnen de Vivaldi-ploeg bloot, en kan het duizenden jobs kosten. Het Kamerlid merkt bijvoorbeeld op dat de regering geen criterium heeft vastgelegd waarmee kan worden bepaald welke bedrijven het nu goed hebben gedaan. “Zo schuift men de hete aardappel natuurlijk door naar de verschillende sectoren waar de druk nu erg hoog zal zijn om iedereen zo’n premie uit te betalen, ook al was het voorbije coronajaar voor heel wat bedrijven een rampjaar.”

Volgens Anseeuw geeft de regering met het akkoord toe aan de druk van de PS, en maakt ze het mogelijk dat de loonkost in ons land opnieuw sterker zal stijgen dan in onze buurlanden, “wat ons duizenden jobs zal kosten. Voor een regering die zogezegd een werkzaamheidsgraad van 80 procent zegt na te streven kan dat tellen”, vindt het Kamerlid. “Het had de regering pas echt gesierd als ze zelf solidair zou zijn met werkgevers en werknemers en de 3,2 procent opslag netto zou geven.”

En ook ter linkerzijde wordt afwijzend gereageerd. “0,4 procent en een eenmalige premie van 500 euro. Dat is het plafond dat de federale regering oplegt aan de onderhandelingen. Zelfs daar waar de dividenden door het dak gaan, is het verboden om meer te vragen voor de komende 2 jaar. Dus: kruimels voor de werkende klasse”, schrijft PVDA-voorzitter Mertens op Twitter.

Hier staat ingevoegde content uit een social media netwerk dat cookies wil schrijven of uitlezen. U heeft hiervoor geen toestemming gegeven.

Liberalen tevreden met akkoord

De liberale regeringspartijen Open VLD en MR reageren uiteraard wél tevreden op het akkoord. “Tevreden met akkoord kern sociaal overleg. Loonnorm blijft behouden zodat onze concurrentiekracht bewaard blijft en bedrijven die het goed doen, kunnen hun personeel een (bijna) netto premie geven tot 500 euro, eenmalig”, schrijft Open VLD-voorzitter Egbert Lachaert op Twitter. Hij wijst erop dat er ook een menu op tafel ligt waarmee de sociale partners terug aan de slag kunnen.

Hier staat ingevoegde content uit een social media netwerk dat cookies wil schrijven of uitlezen. U heeft hiervoor geen toestemming gegeven.

Eenzelfde geluid klinkt bij MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez. “De MR is tevreden met het redelijke bemiddelingsvoorstel van de regering in het kader van het Interprofessioneel Akkoord. Ten eerste is er het integraal behoud van de wet van 1996 met een automatische indexering van 2,8 procent en een extra marge van 0,4 procent”, schrijft Bouchez. Hij wijst ook op de verlenging van het principe van de punctuele coronapremie “die was goedgekeurd door Sophie Wilmès met een plafond van 500 euro. Alleen voor ondernemingen die een sterke groei kenden tijdens de crises. Een stimulans in volle crisis.”

Hier staat ingevoegde content uit een social media netwerk dat cookies wil schrijven of uitlezen. U heeft hiervoor geen toestemming gegeven.

Vincent Van Peteghem ©  ISOPIX

Van Peteghem (CD&V): “Heel evenwichtig voorstel”

En ook vicepremier Vincent Van Peteghem (CD&V) noemt het loonakkoord “heel evenwichtig”. Hij benadrukt dat je de historiek in de gaten moet houden. Oorspronkelijk had de regering gezegd dat ze de 0,4 procent zou toepassen indien de sociale partners op 1 mei geen akkoord hadden bereikt. Dat er nu een premie komt “is een belangrijk signaal dat we goed hebben geluisterd naar wat leeft.”

Hij pleit er ook voor dat de vakbonden en werkgevers een akkoord zouden bereiken over hogere minimumlonen. “Als je kijkt naar de evolutie, zie je dat er toch wel verschillen zijn gegroeid en die moeten wat weggewerkt worden”, luidt het. Unizo heeft er al voor gewaarschuwd dat die vandaag vooral gelden in sectoren die zware klappen hebben gekregen. Van Peteghem benadrukt dat de regering bereid is die verhoging, waarmee 2 procent van de werkenden gemoeid is, te ondersteunen, door op het verschil tussen wat de werkgever bruto betaalt en de werknemers netto krijgt te werken.

Van Peteghem benadrukt dat het “een zeer evenwichtig voorstel” is. “Wat voor de ene te veel is, is voor de andere te weinig, en omgekeerd. Er ligt iets moois op tafel dat zeker te verdedigen valt”, besluit hij.

Aangeboden door onze partners