Het debat over dierproeven is ethisch gekleurd en emotioneel geladen. Tegenstanders verwijzen naar het dierenwelzijn, voorstanders naar de noodzaak van dierproeven om te komen tot medische doorbraken voor de mens. Open VLD-palementslid Gwenny De Vroe wil dat “gepolariseerde debat” graag overstijgen en samen met alle betrokkenen zoeken naar manieren om het aantal dierproeven effectief af te bouwen.

In het Vlaams regeerakkoord is afgesproken om het aantal dierproeven af te bouwen, om te zoeken naar alternatieven en om een rondetafel te organiseren om een actieplan uit te werken. Het probleem is dat het aantal dierproeven in Vlaanderen maar met mondjesmaat daalt. In 2019 ging het om 253.433 dierproeven tegenover ruim 260.000 proeven in 2017. Volgens De Vroe zijn er ook “nauwelijks instrumenten om de transitie naar een proefdiervrije toekomst voor te bereiden”. 

De Open VLD-politica pleit voor overleg met de sector en stelt ook voor om te leren uit de ervaringen in Nederland. Daar staat men al verder in de zoektocht naar een proefdiervrije toekomst. Leren uit het Nederlandse voorbeeld kan helpen bij het opstellen en realiseren van Vlaamse doelstellingen, meent De Vroe. De hele oefening moet uitmonden in een “nieuwe en betere regelgeving”. “Het uiteindelijke doel is om het aantal dierproeven te herleiden tot nul”, besluit De Vroe. 

De conceptnota van De Vroe wordt woensdag voorgesteld in de bevoegde commissie van het Vlaams Parlement.