Op 20 februari vatte een motor van een Boeing 777-200 van de Amerikaanse luchtvaartmaatschappij United Airlines kort na het opstijgen in Denver (Colorado) vuur. Meerdere onderdelen van de motor vielen naar beneden en kwamen terecht in een woonwijk. De piloten maakten rechtsomkeert en konden het vliegtuig veilig aan de grond zetten.

Enkele uren later raadde Boeing aan om 128 777’s met hetzelfde type motor, van motorenbouwer Pratt Whitney, aan de grond te houden. 

De Amerikaanse luchtvaartautoriteit, de Federal Aviation Administration, zei later dat een turbineblad mogelijk als gevolg van metaalmoeheid barstte en daarop in brand vloog.

De autoriteit heeft nu voorstellen gedaan om de mechanische problemen die bij in totaal drie verschillende incidenten werden vastgesteld, aan te pakken. Ze stelt onder meer voor om de motorkuip te verstevigen, bepaalde onderdelen te inspecteren en een noodsysteem extra te testen.

Boeing zegt achter de richtlijnen te staan. En United Airlines, de enige Amerikaanse luchtvaartmaatschappij die 777’s met de betrokken motoren in de vloot heeft, noemt de voorstellen “een goede oplossing”. Ze verwacht dat de vliegtuigen begin volgend jaar weer operationeel zullen zijn.