“Op dag 1 werd de 1500m gelopen. Er stond heel veel wind en niemand wilde het initiatief nemen. Pas in de voorlaatste rechte lijn werd er versneld. Ik plaatste mijn eindspurt op 200m van de streep. We stormden met z’n drieën naar de finish. Ik won uiteindelijk met 15/100sten van een seconde van mijn rivaal Ridha Guerfal”, vertelt de 42-jarige atleet van het ZAT-team uit Overijse.

“Mijn concurrent was heel goed voorbereid. Met Pasen was hij op stage geweest met zijn club KAA Gent. Hij was heel gemotiveerd en rekende op zijn eindsprint.”

“In de 800m op de dag 2 werd nog tactischer gelopen dan in de 1500m. Het kwam andermaal tot een spurt met drie. In de laatste bocht sloot ik Xavier Rondas links van mij in. Ik deed het net niet snel genoeg en had geen rekening meer gehouden met Ridha, die mij in de laatste decameters rechts van mij nog overrompelde. Ik verloor met amper 5/100ste verschil. Mijn conclusie is dat ik de voorbije weken te weinig wedstrijden liep. Tijdens het indoorseizoen toen ik beide titels veroverde, was ik sterker. Daar is een verklaring voor. Tijdens de Paasvakantie begeleidde ik als leraar de laatstejaars leerlingen op hun Romereis. Ik liep een gebroken dikke teen op bij een ongevalletje. Ik hervatte de trainingen toen ik nog niet helemaal hersteld was en kreeg daardoor ook last van de hiel. Toch ben ik erin geslaagd om klaar te zijn voor dit BK. Maar ik miste wel tempohardheid en koersritme. Maar ik ben opgelucht dat dit BK dat gewoonlijk in het najaar plaatsvindt nu al achter de rug ligt.” (eg)