Het is voor Declercq al een woelig jaar geweest op gezondheidsvlak. Eerder miste hij een deel van het voorjaar door pericarditis, een ontsteking van het hartzakje. Die diagnose kwam ook al na een coronabesmetting begin februari. Het had voor Declercq zijn vierde Tour moeten worden. In 2018 maakte hij zijn debuut, maar reed niet uit. De voorbije twee jaar haalde hij Parijs wel. Vorig jaar bracht hij de rode lantaarn mee naar huis.

Maandag was Declercq al op het vliegtuig naar de Deense hoofdstad Kopenhagen, waar de Grand Départ doorgaat, gestapt. Afgelopen zondag testte voor de start van het BK ook Iljo Keisse van Quick-Step Alpha Vinyl al positief op het coronavirus.

Opvallend: Sénéchal had zondag nog kritiek geuit op de selectie van Quick-Step Alpha Vinyl.

“Onze ploeg is heel erg gericht op de sprint. Tim leest de koers uitzonderlijk goed en is ook heel belangrijk voor de groep. Zonder hem aan de Tour beginnen is een uiteraard een handicap”, aldus teammanager Patrick Lefevere in een eerste reactie aan onze redactie.

Goed nieuws was er wel rond Kasper Asgreen. De Deen legde gisteren een laatste test af voor de Tour, na zijn valpartij in de Ronde van Zwitserland. Hij trainde zes uur lang, zonder problemen. Waar zijn knieblessure de voorbije dagen nog voor een aanzienlijk krachtsverschil zorgde tussen de beide benen, is dat nu zo goed als weggewerkt. Asgreen is er bij in de Tour, die zoals bekend vlak bij zijn huis passeert.

Uiteraard blijft iedereen bij Quick-Step wel op zijn hoede voor verdere besmettingen: “Laat ons bidden”, zo besluit Lefevere.