In een rotvaart raasden de renners doorheen kermisvierend Heusden. Actie en reactie volgden elkaar in versneld tempo op in een eerste wedstrijduur boordevol animo, maar het peloton scheurde pas in de tweede wedstrijdhelft. “Nooit gedacht dat ik hier kon winnen. Ik had echt een goede dag. Toen ik twee ronden alleen voorop reed, dacht ik gij dommen uil wat doe je nu. Ik had hier niets te verliezen en dus verbruikte ik veel, maar gelukkig niet te veel energie”, floept de oeverloos gelukkige winnaar er uit.

Oliver Naesen, Brent Van Moer, Iljo Keisse, Ayco Bastiaens, Abram Stockman, Gijs Van Hoecke en Robin Orins, die snel de rol zou lossen, pikten hun wagonnetje aan voorin. De verstandhouding was prima en dus klom de voorsprong snel op tot een minuut. “Zeker van mijn spurt was ik niet. Meestal rijd ik in dienst van een kopman en spurt ik dus zelden voor eigen rekening. Blijkbaar verleer je spurten niet en daar ben ik blij mee”, lacht Tom de tanden bloot.

Ideale scenario

De aanwezige profs namen hun verantwoordelijkheid op in het WK der kermiskoersen. “Tijdens de koers heb ik me eens serieus kwaad gemaakt omdat er jonge renners op het wiel springen en dan de benen stilhouden. Van die manier van koersen krijg ik het op de heupen. Eens de kopgroep gevormd, wist ik dat we ver zouden geraken. Er was nogal wat kwaliteit verzameld. Dit was het ideale scenario. De kopgroep samenhouden, lukte en dus rook ik kansen. Het is niet mijn beste seizoen, maar dit maakt toch al wat goed. Mijn volgende koers is Hamburg. Daarna volgen Zottegem, Overijse en Plouay. In die ééndagskoersen moeten we proberen om punten te vangen voor Israel-Premier Tech. Ik denk dat ik nu bewezen heb dat ik klaar ben om punten te pakken. Hopelijk kon ik met deze prestatie de ploegleiding overtuigen. Het is tijd om te oogsten.”