LEES OOK. “We riskeren hier elke dag ons leven met onze kinderen”: ouders trekken aan de alarmbel nadat meisjes aangereden worden

De beslissing kwam er woensdagvoormiddag tijdens een crisisoverleg tussen een delegatie bezorgde ouders uit Sint-Amandsberg, schepen van Mobiliteit Filip Watteeuw (Groen) en het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV).

De aanleiding waren de twee ongevallen die vorige week plaatsvonden op en vlak bij de Antwerpsesteenweg. Op maandag werden twee meisjes van 12 aangereden door een auto, vrijdag werd een tienjarige jongen aangereden door een motor.

Betere zichtbaarheid

De invoering van een zone 30 op de Antwerpsesteenweg moet volgens minister Peeters zorgen voor een betere zichtbaarheid en de kans op ongevallen verlagen. De aanpassing gebeurt zo snel mogelijk, laat het AWV weten. Tussen de Nieuwelaan en de Dampoort wordt de Antwerpsesteenweg ook een lokale weg, waardoor Stad Gent er zelf over kan beslissen. Mogelijk volgen nog bijkomende maatregelen.

Schepen Watteeuw reageert tevreden op de aanpassing. “Ik ben blij dat de minister ingrijpt. Als Stad waren we al veel langer vragende partij voor een zone 30.”

Land van Waaslaan

Hoe de Land van Waaslaan verkeersveiliger moet worden gemaakt, is nog koffiedik kijken. Het AWV wil eerst de gevolgen afwachten van het nieuwe wijkcirculatieplan, dat in april 2023 wordt ingevoerd. De laan wordt dan immers nog meer een belangrijke verkeersader voor de omliggende wijken, dus het is belangrijk dat de capaciteit daar hoog blijft.

Pas als de gevolgen van het nieuwe circulatieplan bekend zijn, wordt beslist over ingrepen. Liggen onder meer op tafel: een zone 30, een versmalling van de laan, veiligere oversteekplaatsen en bredere fietspaden.

Watteeuw is het daar niet mee eens: “Er is nu ook al veel mogelijk in de Land van Waaslaan. Een zone 30 en veilige oversteekplaatsen moeten nu al kunnen. Maar ik ben vooral blij dat de minister initiatief neemt en kort op de bal speelt.”

LEES OOK.Voor tweede keer in week tijd wordt kind aangereden op steenweg in Gent: “Is dat hier een oorlogszone, misschien?”