Bijna zes op de tien personen die langdurig een ernstige hinder ondervinden zijn tussen de 50 en 64 jaar oud. Vrouwen zijn iets meer vertegenwoordigd dan mannen, zegt Statbel. Uit de enquête blijkt verder dat bijna de helft van de personen (48 procent) ten hoogste beschikt over een diploma lager secundair onderwijs. Zowat 14 procent behaalde een diploma hoger onderwijs. Voor de totale bevolking ligt dat cijfer op 39 procent.

De ernstige hinder die deze groep ondervindt heeft “duidelijk een impact op hun arbeidssituatie”, aldus Statbel. Zowat 23 procent van hen heeft een job, 75,5 procent is inactief en is dus niet beschikbaar of niet op zoek naar werk. De werkloosheidsgraad (6,3 procent) is gelijk aan die van de totale Belgische bevolking.

Daarnaast meldt Statbel dat meer dan een vijfde (22 procent) van wie zestien jaar of ouder is en een ernstige hinder ervaart, een risico loopt op monetaire armoede. Dat blijkt uit de SILC-enquête, die peilt naar inkomens en levensomstandigheden en armoede en sociale ongelijkheid in kaart brengt. Van de bevraagden ervaarde 17 procent bovendien ernstige materiële en sociale deprivatie. Bijna vier op de tien mensen die ernstige langdurige hinder ondervinden huren een huis, zes op de tien zijn eigenaar van een woning.