Volgens Wouter De Vriendt (Groen), voorzitter van de Bijzondere Congocommissie, was er op 13 oktober een akkoord tussen de meerderheidspartijen over de aanbevelingen van de commissie, met daarbij ook excuses voor de wandaden van het koloniale regime. Maar dat akkoord werd kort nadien “opgeblazen” door twee partijen onder druk van “anderen die niet betrokken waren bij het proces”, zei hij maandag. De Vriendt had het dan over partijvoorzitters en kabinetten, maar hij verwees ook naar een bericht vanuit het koninklijk paleis.

“Er waren geen directe of indirecte contacten”, zei Bouchez dinsdag. “Er was geen enkele inmenging, die is er nooit in de Belgische politiek. Dat is altijd het geval geweest. Het tegendeel beweren is gevaarlijk en schandalig”, aldus de voorzitter.

“Door zijn gedrag bewijst Wouter De Vriendt dat hij niet op zijn plaats zit als voorzitter van deze commissie”, vervolgde de liberaal. “Als je uit woede of omdat je je koelbloedigheid verliest dergelijke zware beschuldigingen uit, die ook zware gevolgen kunnen hebben voor het institutionele evenwicht van het land, dan neem je niet je verantwoordelijkheid zoals je dat van een politicus verwacht. Zeker niet als het over zulke delicate en gevoelige zaken gaat.”