De rechter die Puigdemont vervolgt “heeft hem vrijgesteld van de aanklacht voor opruiing. De vervolging voor verduistering en ongehoorzaamheid blijft wel gehandhaafd”, aldus het Spaanse Hooggerechtshof in een verklaring. 

Dat de aanklacht van opruiing wordt geschapt, heeft te maken met een omstreden wetswijziging die eind vorig jaar werds goedgekeurd na verhitte debatten in het Spaanse parlement. De wetswijziging haalt ‘opruiing’ uit het strafwetboek en vervangt dat door ‘het aanzetten tot ernstige verstoring van de openbare orde’. Daarop staat een maximumstraf van vijf jaar, terwijl die voor opruiing nog vijftien jaar bedroeg. 

Door die wetswijziging wordt Puigdemont, die naar België is gevlucht om aan de Spaanse justitie te ontkomen, alleen nog vervolgd voor verduistering van overheidsgeld - een misdrijf waarvan de straffen eveneens zijn verlaagd in het kader van de hervorming van het strafwetboek - en ongehoorzaamheid.

Daardoor hangt hem in theorie slechts vier jaar gevangenisstraf boven het hoofd, wat heel wat minder is dan de 13 jaar die de voormalige vicevoorzitter van zijn regionale regering, Oriol Junqueras, in 2019 nog opgelegd kreeg.