Voor heel wat Rumbekenaars wordt het zaterdagavond een terugkeer naar de roots. Zo ook voor Jens Kindt. “Ik sleet mijn volledige jeugd op Schiervelde”, blikt de Rumbeekse skipper even terug. “SV Roeselare maakte toen nog grote sier in het Belgische voetbal. Toen ik besefte dat de eerste ploeg halen voor mij te hoog gegrepen was, maakte ik de overstap naar SC Menen. Ik kende er een mooie tijd, maar ik ben intussen aan mijn zevende seizoen bij Rumbeke bezig. Het bestuur is met de besprekingen begonnen en de kans is groot dat ik er nog een achtste seizoen bij doe. Ik sta echt niet te popelen om hier te vertrekken. Vanaf de eerste dag heb ik mij hier thuis gevoeld en dat is nog steeds het geval. Ondanks de tegenvallende resultaten is de sfeer hier nog opperbest, vandaar dat ik nog steeds in een goede afloop geloof.”

Maar dan moet Rumbeke wel punten beginnen sprokkelen, want met een veertiende plaats is het behoud nog lang niet zeker. “Uiteraard wacht ons nog een lange en verbeten strijd”, beseft Kindt. “Het klopt dat we een scoreprobleem hebben. Met slechts veertien doelpunten kunnen we dat niet tegenspreken. Maar in alle linies mag het iets scherper. Al te veel wedstrijden verloren we met één doelpunt verschil. Niet omdat we de mindere waren, maar in voetbal worden geen schoonheidsprijzen uitgereikt en zijn alleen de goals van tel.”

In de heenronde eindigde de derby tegen Roeselare-Daisel op een 0-0 gelijkspel. Rumbeke was toen de betere in het spel, maar scoren was ook toen al moeilijk. “Hadden we dit seizoen gekregen waar we recht op hadden, dan stonden we nu niet onderaan. Maar de strijd is nog niet gestreden. Het geloof in een goede afloop is nog steeds aanwezig. De winterstop kwam net op tijd en heeft ons deugd gedaan. We zijn klaar voor het burenduel op Schiervelde. Wees er maar zeker van dat we ons vel duur gaan verkopen.”