In het verleden was Diest vaak het zwart beest voor de Limburgers. Nu lagen de kaarten echter anders: Diest met de rode lantaarn en Wellen in de top vijf met een oog op de periodetitel. Maar trainer Danny Boffin zag dat zijn ploeg loon naar werken kreeg. Via Souhaib Aburiala en Alex Matuta nam FC in de laatste tien minuten alle twijfels weg in een aantrekkelijke partij.

“Maar wij gaan niet euforisch doen”, bleef coach Danny Boffin rustig bij het succes. “De weg naar veilige oorden is nog lang en we houden de beide voetjes op de grond. Maar wat ik zag, was heel goed. Een verschil met de voorbije wedstrijden waarin we puntenloos bleven. Er zat veel grinta en beweging in de ploeg en zo trainden we ook in de week. En belangrijk: we creëerden veel kansen in de wedstrijd met veel druk naar voor, een FC Diest zoals ik het graag zie. Velen geloofden niet meer in dit Diest. Wij, de technische staf, hebben dat geloof echter nooit verloren, al ging het maanden niet zoals we wensten. De jongens die we bijhaalden, betekenden een meerwaarde en schudden de andere spelers wakker. Er is meer concurrentie in mijn groep van achttien spelers. Je zag ook opnieuw individuele acties en de passen komen beter aan. Dat misten we in het verleden.”

Twee geschorsten in Nijlen

Aanwinst Guus Hupperts opende na tien minuten de score. Op het uur ging keeper Thomas Rosalo in de fout op een diepe pass met een strafschop tot gevolg. “We bleven echter rustig met in het slotkwartier de verdiende doelpunten”, zegt de ex-Rode Duivel. “Voor iedereen is die overwinning belangrijk en zeker voor de groep. Door de vele nederlagen zaten spelers niet goed in hun hoofd en was het vertrouwen en het geloof wat geschaad. De laatste weken hebben we hier hard aan gewerkt om alles op te krikken. Ik miste aanvoerder Jordie Briels wegens een heupblessure, maar ik kijk niet naar namen. Zij die tussen de lijnen staan moeten het doen. Iedereen voerde de opdrachten stipt uit. Volgende zaterdag reizen we naar Nijlen en mis ik Daan Schoors en Beau Schodts wegens schorsing, maar dan moeten anderen opstaan. En dat verwacht ik ook.”