De politieagenten voerden 205.927 alcoholcontroles uit tijdens de week, waarvan 2.649 positief (1,3 procent) bleken. Tijdens het weekend hadden relatief meer bestuurders een glas te veel op: bij 221.676 controles bliezen 5.044 bestuurders (2,3 procent) positief. Het merendeel van de testen (76,5 procent) werd uitgevoerd tijdens een zogenaamde aselectieve gerichte controle, een niet-gerichte controle waarbij elke passerende chauffeur langs de kant moet en ook gevraagd wordt te blazen, maar ook tijdens routinecontroles, selectieve gerichte controles en controles bij een ongeval werd bestuurders gevraagd te blazen.

Na de wintercampagnes van 2018-2019 en 2019-2020, waarbij respectievelijk 480.059 en 582.454 bestuurders gecontroleerd werden en telkens 1,9 procent van de bestuurders positief blies, werden er tijdens de vorige wintercampagnes veel minder alcoholcontroles uitgevoerd. Bij de wintercampagne van 2020-2021 blies 2,3 procent van de 120.416 gecontroleerde bestuurders positief, bij de wintercampagne van 2021-2022 liep dat op tot 2,7 procent van de 221.431 bestuurders.

Koen Ricour, directeur van de federale wegpolitie, spreekt van “een duidelijke daling ten opzichte van de vorige wintereditie”, maar toch “lijkt de boodschap nog steeds niet alle bestuurders te hebben bereikt”, meent hij. “Wij zullen blijven strijden tegen rijden onder invloed om menselijke tragedies te voorkomen. Wij zetten ons in voor onze hoofdopdracht, het waarborgen van de verkeersveiligheid.”