Vorig weekend won Sint-Denijssport met een zuinige 1-0 van FC Kleit. Een resultaat dat ervoor zorgt dat het team van coach Jean-Marie Alexander samen met Beveren aan de leiding blijft in de hoogste provinciale reeks van Oost-Vlaanderen. “Het is onverwacht, maar we kunnen na 23 speeldagen niet meer van een toevalstreffer spreken”, weet ook Alexander. “Daarom mogen we effectief bekeken worden als een volwaardige topvijfclub. Tegen Kleit wonnen we verdiend op basis van onze doelkansen, maar zoals eerder konden we ook nu de match vroeger beslissen. Dit Sint-Denijssport zal door weinig ploegen van de mat worden geveegd, want we spelen heel sterk. We proberen in de komende weken dan ook een rol van betekenis te spelen. We zeggen zeker niet neen tegen de titel, want we gaan elke match voluit voor de drie punten. Toch blijven we nederig want voor hetzelfde geld eindig je op de zesde plaats.”

Ondertussen volgt DT Borsbeke, dat geen licentie aanvroeg, wel op slechts op één punt van het duo. “We zijn realistisch genoeg want we hebben nog diverse duels tegen rechtstreekse concurrenten. Zo treffen we nog Borsbeke, Beveren en SK Munkzwalm. Dat is echter ook voor de andere topteams het geval. De beslissing zou wel eens heel laat kunnen vallen. Het blijft dus bijzonder spannend, want iedereen laat toch wel wat punten liggen, waardoor je misschien wel met zestig punten kampioen kunt spelen”, telt Alexander uit. “Mijn ploeg is evenwel heel nuchter. Aanvankelijk was het behoud ons doel, maar dat is nu wel bereikt. Nu willen we gewoon in schoonheid eindigen en misschien kunnen we net als vorig seizoen iets uniek realiseren. Er hebben trouwens slechts vier ploegen een licentie aangevraagd voor promotie, dat vind ik toch jammer. Dit doet voetbal oneer aan!”

Licentievoorwaarden herbekijken

Anderzijds heeft Alexander zo wel zijn bedenkingen bij het afhaken van die clubs. “Misschien moeten we de licentievoorwaarden herbekijken”, stelt de coach. “Zo heeft de coach van Kleit geen UEFA A-diploma, waardoor hij niet mag coachen in derde afdeling. Daardoor komen tal van clubs in de problemen als ze de deur van de nationale reeks dreigen open te duwen. Gelukkig is mijn club wel bereid om die inspanningen te leveren.”

“Ik heb het bestuur ook op het hart gedrukt dat onze jongens de kans moeten krijgen om hun droom in vervulling te laten gaan, want het is toch voor iedereen de ambitie om op een zo hoog mogelijk niveau te voetballen. Onze spelersgroep is dan ook nog steeds erg hongerig. Voorlopig konden we ook telkens na elke nederlaag meteen terugslaan met een zege, daardoor was er nog nooit echt sprake van een dipje. Heel veel duels in onze reeks zijn zeer evenwichtig dus dan komt het aan op details, maar we beseffen ook wel dat we eens een opdoffer zullen oplopen”, besluit Alexander.