De liefde dreef De Bondt, afkomstig uit het Oost-Vlaamse Buggenhout, naar Liedekerke, waar hij intussen al een tijdje samenwoont met zijn vriendin Noortje Dhaenens. “Noortje komt uit een koersfamilie”, zegt De Bondt. “Haar vader Johan schopte het ooit tot Belgisch kampioen op de piste en won aan de zijde van Wilfried Cretskens de Toekomstzesdaagse van Gent. Het helpt als je familie begrijpt welke opofferingen je moet brengen als renner. Ik kende een goede winter en de vorm staat ook op punt, maar voorlopig kan ik dat nog niet aantonen met resultaten. Met Nokere Koerse en de GP Denain komen er nu twee koersen aan die me moeten liggen. De jongste edities paste ik voor Nokere Koerse, maar in Denain werd ik vorig jaar tweede.” (Lees verder onder de foto.)

De Bondt was vorige vrijdag ook al in de Drentse Acht van Westerveld gestart als kopman bij Alpecin-Deceuninck, maar een valpartij gooide roet in het eten. “Op vier kilometer van de streep kwam ik helaas ten val. Doodjammer, want het ideale scenario was zich voor mij aan het voltrekken en ik rook winstkansen. Gelukkig kwam ik nog goed weg met enkel een gaatje in mijn hand, dat me evenwel niet hindert bij het sturen. Het wegdek lag glad en dan schuif je beter, waardoor de schaafwonden aan mijn heup meevielen.”

Niet bang voor massaspurt

Vorig jaar zette toenmalig ploegmaat Tim Merlier de massasprint nog naar zijn hand in Nokere, maar nu lijkt De Bondt de speerpunt te worden bij Alpecin-Deceuninck. “Onze toppers zaten verspreid over Tirreno-Adriatico en Parijs-Nice, waardoor in Nokere de ploeg wellicht voor mij zal rijden. Ik bewees in Drenthe maar ook al in de andere voorjaarskoersen dat ik er klaar voor ben. Ook Dwars door Vlaanderen, de Volta Limburg en de Brabantse Pijl staan nog op de kalender. Uiteraard hoop ik op een uitschieter. In Nokere durf ik zelfs in een massaspurt mijn kans te gaan tegen de toppers. Ik ben helemaal niet bang voor een sprint op de kasseien. De uitdaging wordt wel om me goed te positioneren in aanloop naar de sprint. Het vernieuwde parcours biedt trouwens ook perspectieven om een massasprint te ontlopen.”