Man vrijgesproken voor opzettelijke aanvaring op zee: “Niet bewezen dat schade is veroorzaakt door aanvaring”

De rechter in het Hof van Beroep in Gent sprak de man vrij.© fvv

Blankenberge -

Een 39-jarige man uit Blankenberge is in beroep vrijgesproken voor een moedwillige aanvaring op zee. Zelfs de verzekering was niet zeker of de aanvaring daadwerkelijk had plaatsgevonden.

Olivier Scheir

Davy B. werd door een visser beschuldigd opzettelijk te zijn aangevaren op 30 juli 2020 ter hoogte van de Oosterdijckbank. Volgens het slachtoffer liep zijn boot, de Notus, ernstige schade op aan romp en deur en was hij in eerste instantie bevreesd dat zijn boot water zou maken, wat uiteindelijk niet het geval was. Davy B. zou toen ook bedreigingen hebben geuit. “Lafaard, als ik je nogmaals tegenkom op zee, zal je iets meemaken! Je bent eraan!”

In eerste aanleg werd hij vrijgesproken voor de bedreigingen en de weigering van hulp in nood. Maar voor de aanvaring kreeg Davy B. twaalf maanden cel en een boete van 800 euro. Zijn advocaten, Frank Scheerlinck en Ellen Baele, gingen in beroep. Volgens hen was er geen enkel bewijs dat de aanvaring heeft plaatsgevonden.

‘Ongeveer’

Dat gaf ook de eigen verzekering van de Notus toe. Volgens de verzekering kwam de afstand tussen de twee rompen ongeveer overeenkwamen met de afstand tussen de uiterste contacten op de stuurboordzijde. Maar de verzekering merkte ook op dat op de rompen van de aanvaarde boot vrij weinig contactsporen terug te vinden zijn, waarmee men zou kunnen bewijzen dat het contact inderdaad heeft plaatsgevonden.

Het hof twijfelde daarom en sprak Davy B. vrij. “Zelfs de verzekering geeft geen uitsluitsel dat er contact heeft plaatsgevonden.”

Bovendien wijst de verzekering ook op het feit dat de Notus aanzienlijke schade opliep en de schade bij het andere vaartuig eerder beperkt is. Daarnaast noteerde het hof ook het woordje ‘ongeveer’ in het verslag van de verzekering, wat evenmin een sluitend bewijs is van schuld. Aangezien er geen getuigen waren van het incident en de visser onmiddellijk na de aanvaring ook geen noodoproep had uitgestuurd, vond het hof dat er te weinig sprake was van bewijs en sprak Davy B. over de hele lijn vrij.

Aangeboden door onze partners