Voetbal draait om goals. Ajax domineerde Benfica, het was wachten op dat ene doelpunt, maar dat kwam er niet. Of toch: aan de overkant, 0-1. Ajax ligt eruit. Wow.
Bizar. De mannen en vrouwen met hun mestvorken bevonden zich tijdens de pauze hoofdzakelijk op de helft waar de bal niet geweest was. Ajax greep Benfica meteen bij de keel en combineerde van voet tot voet, maar dat resulteerde niet in een voorsprong. Hallers openingsdoelpunt werd afgekeurd voor buitenspel, voorts bleef het bij wat hete standjes voor het Portugese doel. Benfica bleef, weliswaar met moeite, overeind.
Het maakte de opdracht voor Jan Vertonghen en maats er niet makkelijker op dat ze eigenlijk tegen twaalf moesten spelen: zo vocaal aanwezig waren de Ajax-fans. Het begon al voor de aftrap, met een warm onthaal aan het stadion, luid meegezongen schlagers en wapperende vlaggetjes. Tijdens de wedstrijd hield die sfeer gewoon aan. Stiekem zal ‘Ajacied’ Vertonghen daarvan genoten hebben: de harde kern scandeerde zijn naam.

Over de Belg gesproken: na de rust kreeg hij een kansje op 0-1. Bij een corner dook hij gevaarlijk op aan de tweede paal, maar Onana moest uiteindelijk geen redding brengen. Had Vertonghen, die zich overigens goed staande hield tegen Haller, gescoord, dan had dat onvermijdelijk voor een vreemde dynamiek gezorgd. Je voelde op de tribunes de liefde voor Vertonghen, al is die natuurlijk niet zo groot als die voor Ajax zelf.
Benfica kreunde, loerde duidelijk op een gevleide winst na de 2-2 van de heenmatch, terwijl Ajax niet wilde speculeren en vol op zoek ging naar de 1-0. Net voorbij het uur gaf het reuzescherm 12 tegenover 3 doelpogingen aan. Het zei wel iets over de intenties van de beide teams, maar Ajax werd dus niet beloond voor die aanvalswoede. Hoe meer minuten verstreken, hoe nerveuzer het sfeertje dan ook werd. De ganse ArenA besefte dat één stomme tegengoal in deze fase van de wedstrijd fataal kon zijn.
De Portugezen hoopten dat dat doelpuntje zou komen van een Oekraïner met een Belgisch verleden: Roman Yaremchuk (ex-AA Gent) mocht invallen, net als voormalig Zulte Waregem-speler Soualiho Meïté. Maar ook de Fransman moest vooral pompen: Ajax bleef zoeken naar dat ene gaatje. Misschien wilden de Amsterdammers het te mooi doen: onophoudelijk probeerden ze met het betere breiwerk een opening te forceren. Het leek wel alsof een treffer vanuit de kleine rechthoek voor dubbele punten telde...

Ajax was op alle vlakken beter, behalve dan wat betreft efficiëntie. Want Benfica kon bij een zeldzame mogelijkheid wél scoren. Darwin Núñez knikte de 0-1 voorbij een niet zo fantastisch keepende Onana, wat een virtuele uitschakeling voor de thuisploeg betekende. Benfica kon nu nog nadrukkelijker in de egelstelling kruipen: het droomscenario. Vertonghen smeet zich naar elke bal, vuurde zijn maats voortdurend aan en was er niet vies van om her en der een tikje uit de delen. Alles voor de winst.
Het loonde. Ajax pakte het maximum in de groepsfase, droomde stiekem van een Champions League-finale, maar is nu al uitgeteld door ‘hun’ Vertonghen. De Rode Duivel viel zijn makkers na het laatste fluitsignaal in de armen. Kon je het hem kwalijk nemen?