Dat ze er de kwaliteit voor hebben, daar twijfelt eigenlijk niemand aan. Maar als je telkens weer steken laat vallen, haal je nooit de top vier. Racing Genk verloor voor het eerst in zijn bestaan van OH Leuven, met 2-1, na een avond met een mannetje minder. En zo lijkt het stilaan einde verhaal. Drie op negen uit de laatste drie wedstrijden, dat zijn niet het soort reeksjes waarmee je grote kloven dichtrijdt.
Weer een stapje dichter bij de top vier komen. Met die ambitie was Racing Genk aan zijn inhaalwedstijd in Leuven begonnen, maar dan moet je wel bij de pinken zijn. Steken laten vallen, dat kon het zich niet meer permitteren. Het werd een wedstrijdbegin in mineur. Na slap verdedigen bij de bezoekers, waar Bernd Storck weer stevig roteerde en vijf wissels had doorgevoerd, stond OHL al na 57 seconden op voorsprong. Maertens ging makkelijk voorbij Lucumi en bediende Kaba, die was losgelaten door zijn bewaker Preciado en de 0-1 eenvoudig in doel kon schuiven.

Op het kwartier volgde al een tweede opdoffer voor de Limburgers. Heynen kwam veel te laat op Kaba en ging pal op zijn voet staan. Na tussenkomst van de VAR leverde dat hem een rode kaart op. Een doodsschop was het niet, maar de uitsluiting viel zeker te verdedigen. De nieuwe stap richting top vier leek heel ver weg, maar lang duurde het niet vooraleer Genk zich herpakte. Trésor mikte een vrije trap in de voeten van Sadick, die helemaal alleen stond en de gelijkmaker tegen de netten kon schuiven.

Na de gelijkmaker golfde het spel aardig op en neer, maar tot veel groot doelgevaar leidde dat niet. Genk trok zich achterin terug. OHL was door zijn man-meer-situatie aan zet, maar dominant voetballen is niet de grootste kwaliteit van de Leuvenaars. De thuisploeg was sterk en snedig aan de wedstrijd begonnen, maar kreeg het eigenlijk moeilijk van zodra ze tegenover een mannetje minder stond. Aan de overkant was Bongonda nog verschillende keren gevaarlijk, maar bij zijn twee beste schoten stond doelman Runarsson telkens in de weg.
Prikjes
Met de inbreng van twee verse krachten probeerde Storck aan de rust het laken wat meer naar zich toe te trekken. Arteaga en Hrosovsky kwamen voor Ito en Trésor. Het was echter OHL dat nog meer dan voor de pauze het heft in handen nam. Genk moest het van prikjes hebben, en daarvoor bleef Bongonda zorgen. Na tien minuten in de tweede helft mikte hij over. Leuven kon zijn overzicht ondertussen maar heel moeizaam omzetten in concreet gevaar. Bij de laatste pas liep het meestal mis.
Op het uur werd Onuachu, die de hele avond pittige duels uitvocht met Dewaest, nog eens in stelling gebracht. Hij besloot op Runarsson. Ook OHL kwam eindelijk eens in de buurt van de 2-1. Héél dicht in de buurt. Mercier haalde uit van ver met een bijzonder strakke streep die uiteen spatte op de lat. Daarna was het Genk dat tijdens enkele kwieke tegenaanvallen dicht in de buurt van de drie punten kwam. Eerst was een bijzonder handige reflex van Runarsson nodig op een poging van de net ingevallen Paintsil, daarna trapte Preciado maar net naast de kruising.
Bal op de stip
Diep in het slot kreeg Genk alsnog het deksel op de neus. Cuesta beging hands en na een nieuwe tussenkomst van de VAR ging de bal op de stip. Kaba scoorde, maar moest hernemen omdat zijn ploegmaat De Sart te vroeg de zestien in was. Ook zijn tweede poging was raak, en zo stuurde de Guinese spits de Limburgers zonder punten naar huis met zijn vierde treffer in drie wedstrijden.

Voor de mannen van Bernd Storck is de nederlaag in Leuven problematisch. De opmars richting top vier krijgt opnieuw een stevige knauw. Dit zijn het soort wedstrijden die je moet winnen als je een grote kloof nog wil overbruggen. Nu bedraagt het verschil met nummer vier Anderlecht nog altijd tien punten. En dus is Genk niet in zijn opzet geslaagd om tijdens zijn inhaalwedstrijd dichter bij de Champions play-offs te komen. Integendeel zelfs. Het wordt stilaan een mission impossible.